Niet zingen!
Bijgewerkt op: 22 mei 2020
De achtste stap: Ik overzie de mensen om mij heen.
'Ik kom nog even bij jou liggen, mama.' Daniël schuift naast me in bed en duwt zijn ijskoude voeten tegen mijn benen. Het is nog donker. Felle regenvlagen slaan tegen het raam. Nog even en ik moet de nieuwe dag toch echt onder ogen zien. Eerst maar eens wakker worden. Met koffie.
Zoonlief heeft er ook al moeite mee. 'Ik wil blijven liggen, mama. Mijn hersenen zitten nog in de knoop.' Tsja, daar heb ik ook last van. Als ik denk aan de rollercoaster, die zometeen weer op gang komt, maakt mijn brein acuut kortsluiting. Niet nadenken dus. 'Eruit. Jij ook, Daniël. En nog even geen moeilijke vragen alsjeblieft.'
'Mam! Weet je wat ik gedroomd heb?' Arian bonkt de zoldertrap af en mist net niet de laatste trede. 'Ik deed mee met het songfestival en raad eens hoeveel punten ik kreeg?' 'Vast een heleboel', verzucht ik, ondertussen mijn laatste schone jeans uit de kast trekkend. 'Twaalf!', glundert Ari, nog nagenietend van zijn succes. 'Zal ik het even laten horen?' Vlug duw ik hem een stapeltje kleding in zijn handen. 'Hier. Aantrekken, en niet zingen. Je zussen slapen nog.'
Ari verdwijnt stommelend de badkamer in. Neuriënd: 'My Lighthouse'...
Beneden tref ik echtgenoot BJ aan, die aanstalten maakt de hond uit te laten. Hond houdt niet van regen en heeft dan ook geen zin om met de baas mee te gaan. Je ziet hem denken: zoek lekker zelf een boom op buiten... Maar helaas. Er is geen ontkomen aan. Dan maar een kort rondje.
Tijdens het ontbijt bekijken de drie mannen het Jeugdjournaal van de vorige avond. Volgens het weerbericht blijft het de hele dag regenen... Boven piept een wekker. Ook de dames moeten naar school vandaag. En dus op tijd bij de bushalte staan. Ik drink genietend mijn eerste kopje koffie van de dag en overzie mijn prachtige gezin, inclusief natte hond.
Dit zijn de mensen die mij het liefst zijn, ook al kan ik ze af en toe stuk voor stuk achter het behang plakken. Wat ben ik blij dat ik hen weer recht in de ogen kan kijken, zonder dat ik bewust een deel van mezelf achterhoud. En daarom dank ik de Heer niet alleen voor deze nieuwe dag, maar juist ook voor hen.
De achtste stap gaat over mijn houding ten opzichte van de mensen om mij heen. En hoe zij in verhouding staan tot mijn alcoholverslaving. Hoewel mijn gezinsleden weinig van mijn drankmisbruik hebben gemerkt, heb ik hen wel degelijk tekort gedaan. Dikwijls was ik er maar half bij met mijn hoofd als ze me iets belangrijks vertelden. Of parkeerde ik ze voor een filmpje als ik toch nog een glas wijn wilde nemen.
Juist voor hen wil ik het anders doen. Wil ik een vrouw en moeder zijn, die Gods bedoeling zoekt te midden van haar gezin. Ik wil beschikbaar zijn, zonder mezelf tekort te doen. En dat is af en toe best lastig. Want: wil ik ze achter het behang plakken omdat ze echt zo vervelend zijn, of heb ik gewoon weer teveel hooi op mijn vork genomen? 'Laat me zien, Heer, waar mijn grenzen liggen. En, nog belangrijker, hoe ik ze in acht neem.'
Sommige van die grenzen zijn inmiddels wel duidelijk. Vooral 's morgens om zeven uur.
Koude voeten mag je komen warmen. Maar op volle sterkte zingen in de badkamer, mag niet. Alleen neuriën.
'Safe to shore'.
